Tijdens de rondleiding werden we door één van Antonio’s medewerkers rondgeleid in de enorme ondergrondse kelders waar vele Taurasi’s liggen. Gelukkig wees onze gids de weg want anders zou je er goed kunnen verdwalen! Aan het einde van de tour kom je nog langs een museumachtig stuk van de wijnkelder. Hier zie je allerlei dingen die Antonio verzameld heeft zoals kurkentrekkers in allerlei vormen en maten.
Toen we weer boven waren, was het natuurlijk tijd om wijn te proeven. We proefden twee witte en twee rode wijnen, namelijk: Fiagre Campanio Bianco, Béchar Fiano di Avellino, Taurì Irpinia Aglianico en zijn topper Vigna Macchia dei Goti Taurasi.
De Fiagre is gemaakt van Fiano en Greco, de twee bekende witte druiven uit de regio. De Béchar is gemaakt van 100% Fiano. De eerste wijn had geuren van wit fruit en kruiden, de tweede was wat bloemiger maar had ook zeker de kruiden die je in de eerste wijn tegenkwam. Heb jij al eens Fiano of Greco geprobeerd? Want het is zeker de moeite waard om het een keer te kopen als je het tegenkomt.
De rode wijnen (beide gemaakt van Aglianico) waren allebei super! De Taurí is Antonio’s ‘instap-Taurasi’ met geuren van bosvruchten en pruimen. De Macchia dei Goti is een soort Taurí 2.0. Dezelfde geuren maar dan nét dat beetje extra. Je proeft gewoon dat dit kwaliteit is doordat de wijn mooi in balans is. En eigenlijk proefden we hem in het beste seizoen: deze wijn is namelijk perfect voor een mooie herfstige namiddag.